Belastingen, voor de gemiddelde bitcoiner met een kritische blik op de overheid voelt het soms als een noodzakelijk kwaad. Ook over je ‘precious’ bitcoin wordt je geacht belastingen te betalen. We leggen in deze editie uit waar je op moet letten bij je aangifte.
Focus is een value4value nieuwsbrief. Ben je fan? Steun ons met een vrijblijvende donatie!
1. Moet je belasting betalen over je bitcoins in Nederland?
Bitcoin wordt steeds populairder als alternatief voor regulier geld, maar hoe zit het met de belastingen? In Nederland moet je belasting betalen over je bitcoin, net als over andere bezittingen. De Belastingdienst beschouwt cryptocurrency’s zoals bitcoin als vermogen in box 3.
Dat houdt concreet in dat je de waarde van je bitcoins op 1 januari van het jaar moet opgeven in je aangifte inkomstenbelasting. Het is dus belangrijk om goed bij te houden hoeveel bitcoin je hebt, wanneer je ze hebt gekocht of verkocht, en wat de waarde ervan was op 1 januari. Zo kun je voorkomen dat je te veel of te weinig belasting betaalt over je bitcoins.
Reminder: opnamedatum 1 januari 2022 is relevant voor je aangifte 2022 en die aangifte wordt uiterlijk in mei 2023 gedaan (of je moet uitstel aanvragen). Opnamedatum 1 januari 2023 is relevant voor je aangifte van 2023 (die je doet voor mei 2024) et cetera.
Joost Muller, die zichzelf omschrijft als bitcoin-enthousiasteling en fiscaal jurist zegt hierover: “De meesten zullen in box 3 onder sparen en beleggen vallen. Bij het doen van aangifte is de datum 1 januari elk jaar relevant. Diverse brokers en exchanges in Nederland bieden al een fiscaal overzicht in je account. Voor een maximalist die liever zijn eigen sleutels beheert, is het zaak om screenshots met timestamps van je hardware wallet te maken op 1 januari van elk jaar. Met ook daarbij iets van een bewijs hoe en waar je het gekocht hebt. Bijvoorbeeld wanneer je euro’s hebt omgezet naar bitcoin/crypto op een exchange”.
Hij voegt daaraan toe: “Mócht je toch in box 1 komen als fulltime handelaar, dan kan een bv wellicht interessant zijn. Hoewel je daar weer een zakelijk salaris moet bepalen voor de directeur/grootaandeelhouder (DGA). En als de DGA feitelijk al het werk doet van de bv, dan kan een zeer hoog salaris aan de orde zijn, wat weer de voordelen van een bv teniet kunnen doen. Passief hodlen is altijd interessant en zal nooit in box 1 belast zijn, want normaal vermogensbeheer is geen onderneming”.
2. Kun je een rekenvoorbeeld geven van betalen van belasting in box 3?
Eerst moet je de zogenaamde grondslag bepalen. De grondslag is het totaal aan bezittingen bóven het heffingsvrije vermogen. In 2022 is de drempel voor box schulden 3.200 euro (in 2023: 3.400 euro). Voor fiscaal partners moeten de gezamenlijke schulden hoger zijn dan 6.400 euro (2023: 6.800 euro).
Vervolgens hanteert de belastingdienst zogenaamde fictieve rendementspercentages. De rendementspercentages voor 2022 en 2023 zijn:
Fictieve rendementen | 2022 | 2023 |
Bank- en spaartegoeden | 0,01% | 0,36% |
Beleggingen en andere bezittingen | 5,53% | 6,17% |
Schulden | 2,46% | 2,57% |
Het belastingtarief in box 3 is 31% in 2022 en 32% in 2023. Dit percentage wordt jaarlijks met 1% verhoogd naar 34% in 2025. De rekensom is als volgt:
- grondslag (minus de schuld) * rendementspercentage * belastingtarief = belastingtarief in box 3.
Belangrijk om te vermelden: in box 3 betaal je vermogensrendementsheffing over het verschil tussen de waarde op 1 januari en je vrijstelling. Die vrijstelling heet ook wel het heffingsvrije vermogen.
Voor aangiftejaar 2022 is de eerste €50.650 (voor fiscale partners het dubbele, €101.300) vrijgesteld.
Voor aangiftejaar 2023 is de vrijstelling €57.000 (voor partners €114.000).
De Belastingdienst heeft zelf ook een hulpmiddel om testberekeningen te doen.
We gaan voor nu uit van een rekenvoorbeeld waarbij iemand voor 60.000 euro aan bitcoin heeft en géén schulden. We kiezen zo’n hoog bedrag, omdat we boven de vrijstelling moeten zitten om te kunnen gaan rekenen.
Bezittingen | Waarde | Forfait | Belastbaar rendement |
Beleggingen | € 60.000 | 5,53% | € 3.318 |
Totaal bezittingen | € 60.000 | € 3.318 |
Het forfait is het percentage aan fictief rendement dat de fiscus op je vermogen toepast. Vervolgens wordt de grondslag beleggen en sparen berekend. Dat is uw vermogen (bezittingen minus schulden) verminderd met het heffingsvrij vermogen:
Bezittingen minus schulden | € 60.000 |
Heffingsvrij vermogen | € 50.650 (fiscaal jaar 2022) |
Grondslag beleggen en sparen | € 9.350 |
Met de nieuwe berekening delen we uw grondslag “sparen en beleggen” door uw totale vermogen. Dit vermenigvuldigen we met het belastbaar rendement. De uitkomst is uw voordeel uit sparen en beleggen:
- € 9.350 * 5,53% * 31% = € 160.
Je betaalt dus circa 160 euro over 60.000 euro aan bitcoins.
Joost Muller licht toe: “Daarboven gaat het wel harder omhoog omdat je vrijstelling op is. 31% van 5,53% is 1,71%. Dus 1,71% is wat je aan belasting kwijt bent over iedere extra euro aan bitcoin”.
3. Welke discussie is er in Nederland over de vermogensrendementsheffing?
Op dit moment is de vermogensrendementsheffing in box 3 gebaseerd op een fictief rendement. Zie hierboven: 5,53% op beleggingen of andere bezittingen. Dit rendement is gebaseerd op het gemiddelde rendement dat je zou kunnen behalen met je vermogen.
De politieke discussie over de vermogensrendementsheffing gaat over de vraag of dit fictieve rendement wel eerlijk en realistisch is. Belastingbetalers vinden het niet fair dat zij belasting moeten betalen over rendement dat zij niet hebben behaald, of dat veel lager is dan het fictieve rendement. Hierover zijn ook diverse rechtszaken geweest tegen de overheid. De Hoge Raad, de hoogste rechter in Nederland, heeft in 2019 en 2020 uitspraak gedaan over deze kwestie.
De Hoge Raad heeft geoordeeld dat de vermogensrendementsheffing inderdaad onrechtvaardig kan zijn als het fictieve rendement te ver afwijkt van het werkelijke rendement. Verder zegt De Hoge Raad ook: de politiek moet met een oplossing komen, dat is niet aan de rechter.
De overheid werkt aan een nieuw stelsel voor de vermogensrendementsheffing. In 2020 is er een voorstel gedaan om belasting te baseren op het werkelijke rendement in plaats van het fictieve rendement.
Dit betekent in theorie dat je over het daadwerkelijke rendement belasting gaat betalen. In het geval van een bullmarkt voor bitcoin kan dat fikse gevolgen voor je belastingaangifte. Maar dit voorstel ligt nog voor aan het parlement en er is nog geen sprake van goedkeuring.
Muller zegt daarover: “Het lijkt waarschijnlijker dat er meerdere fictieve rendementen in box 3 worden opgenomen. Bovendien is het controleren van rendementen lastiger dan vaststellen hoeveel er crypto er aanwezig is op één datum.”
4. Hoe wordt in andere EU-landen bitcoin belast?
Europese lidstaten mogen zelf bepalen hoe ze bitcoin belasten en daardoor zijn er nogal wat verschillen per lidstaat. Bovendien is het ook lastig te generaliseren, omdat iedere belastingcasus op zichzelf staat, vanwege de adviseur die je inhuurt, de belastinginspecteur die je casus behandelt, et cetera.
In Duitsland bijvoorbeeld hoef je geen belasting te betalen over je bitcoinwinst als je jouw btc één jaar of langer vasthoudt. Goed nieuws voor de hodlers dus bij onze Oosterburen. Ook in Portugal geldt (momenteel nog): geen belasting over je winst met bitcoin die je meer dan één jaar lang vasthoudt. Voor handelaren en miners gelden andere regels. In Nederland vallen inkomsten uit dit werk onder box 1 van de inkomstenbelastingen.
Zwitserland hanteert een iets ander regime: cryptovaluta zijn onderworpen aan vermogensbelasting net zoals in Nederland, maar je betaalt geen belasting over je winst. In Malta hoef je géén belasting te betalen over je bitcoin, zolang je ze maar niet omzet in euro’s of ander fiat geld. Tenslotte, in een land als Wit-Rusland zijn alle individuen en bedrijven vrijgesteld van het betalen van belasting over cryptocurrency’s.
Muller: “Doorgaans betaal je belasting over al je crypto’s waar je fiscaal woont. Je kunt fiscaal maar in één land wonen. Bij hybride wonen in twee of meer landen kan dat erg ingewikkeld zijn.”
5. We sluiten af met een bijzondere vraag. Wat moet je eigenlijk doen met een wallet waarop nog wat verloren bitcoins staan en er is nóóit aangifte gedaan?
Muller: “Tot enkele jaren geleden was er in Nederland de zogenoemde Inkeerregeling. Die heeft als grootste voordeel dat als je (tijdig) vrijwillig inkeert, je nooit strafrechtelijk vervolgd wordt en dat de boete wordt gematigd. Deze regeling bestaat wettelijk niet meer voor box 2 en box 3. Wel wordt er beleidsmatig dezelfde boetematiging aangehouden. Echter, die is niet extreem voordelig als je er goed naar kijkt. Je krijgt een voordeel als het gaat om maximale boetes, maar het scheelt niet heel veel met het standaardbeleid met boetes.
Een voorbeeld: 300% boete is de maximumboete, maar in de praktijk wordt 150% aangehouden. Dat je bij inkeer ‘slechts’ 135% boete betaalt, scheelt ten opzichte van 300% veel, maar ten opzichte van 150% niet veel. Bij dit voorbeeld ga ik overigens uit van box 3 sparen en beleggen. Een boete in box 2 (vanuit de eigen bv) is lager.
Kort samengevat hebben ze inkeer minder interessant gemaakt. Naast boetes is het noemen van belastingrente ook nog relevant (vroeger heffingsrente). Dat maakt het ook niet leuker. Deze is sinds 2012 ongeveer 3 tot 4%, maar is nu verhoogd naar 6%.
Heb je nog bitcoin uit 2011 gevonden, dan weegt het rendement zeker (fors) tegenop boetes en rentes van de Belastingdienst. Het is evident dat je niet strafrechtelijk vervolgd wilt worden. Dat speelt alleen bij opzettelijk geen of fout aangifte doen. Goed om te weten is dat Muller, op dit specifieke terrein samenwerkt met een fiscaal strafrechtadvocate, nog geen zaak meegemaakt heeft, na afschaffing van de inkeerregeling, waarbij er bij ‘inkeer’ strafrechtelijk is vervolgd.
Ook geldt er op buitenlands inkomen en vermogen een veel langere navorderingstermijn, namelijk 12 jaar in plaats van 5 jaar. Dit wordt 1-op-1 verlengd als er uitstel is verleend voor het doen van aangifte. Een Amerikaanse bank of exchange kan mogelijk als buitenlands worden aangemerkt. Dat geldt ook voor beurzen zoals Binance.com die als buitenlands zijn aan te merken. In de jurisprudentie zijn ook aanwijzingen te vinden dat je niet zomaar iets als buitenlands vermogen aan kan merken”.
Focus is een value4value nieuwsbrief. Ben je fan? Steun ons met een vrijblijvende donatie!